Singles de nieuwe hoeksteen?
Singles groeien in aantal en zijn best gelukkig. Omdat ze ongestoord carrière maken, op reis gaan en hoppen van flirt naar flirt. Nederland telt 2,5 miljoen alleenstaanden en dat aantal blijft voorlopig groeien.
De alleenstaande is bezig met een niet te stuiten opmars. De een is een jaar single, de ander gemakkelijk tien. De moderne mens is zo vaak in between relationships dat niet langer het gezin, maar de single straks de hoeksteen van de samenleving is. Alle soorten hoekstenen krimpen in omvang, behalve de alleenstaanden.
Kanttekening bij de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek is dat “alleenstaand” niet altijd “zonder partner” betekent. Iedereen die alleen woont, geldt als alleenstaand ook als er wel sprake is van een relatie. Daartegenover staan weer single ouders die met hun kinderen wonen: zij worden tot de eenoudergezinnen gerekend en niet tot de alleenstaanden.
Toch stijgt met het aantal alleenstaanden ook het aantal singles. Volgens het CBS is iedere generatie sneller geneigd om een relatie te verbreken. En die neiging neemt de komende jaren alleen nog maar toe.
Twintigers en Dertigers
De twintigers van nu zijn volgens de demograaf met een zelfstandigheidscursus bezig. Ze investeren stevig in hun carrière, gaan op reis. Ze trekken hun eigen plan en daar past een relatie niet altijd in.
Dan de dertigers. Anders dan vroeger ontbreekt de economische noodzaak om samen te blijven als de relatie tegenvalt. De stevige carrièreplanning uit zich in een egocentrische generatie die niet uit liefdadigheid zoveel in zichzelf heeft geïnvesteerd.
Bij vrouwen van boven de dertig begint de biologische klok harder te tikken, maar een vader voor hun kinderen wensen ze zich vaak exact op maat gesneden. Iemand met wie ze in balans zijn, maar die ook meerwaarde biedt.
Veertigers en ouder
Voor veertigers en ouder tenslotte, hoeft het settelen niet meer zo. De kinderen zijn er, net als die leuke baan en dat eigen huis. Lopen ze tegen een nieuwe relatie aan, dan doen ze nog moeilijker concessies dan twintigers en dertigers. Samenwonen is geen noodzaak meer: hun eigen huis opgeven, ho maar.
Single
Zo, hoppend van relatie naar relatie, brengen steeds meer mensen jaren als single door; mannen gemiddeld tien, vrouwen zeker vijftien jaar. Ze wisselen hun partner in, al naar gelang de levensfase. Is de relatie voorbij en vinden ze niemand die op dat moment bij hen past? Geen probleem: ze redden zichzelf wel.
Geluk
Maar worden ze gelukkig van al dat alleen zijn? Gemiddeld iets minder dan mensen met een partner, zo blijkt. Er zijn alleenstaanden die hun eigen geluk een tien geven. Maar er zijn minder gelukkigen onder vrijgezellen dan onder gehuwden en samenwonenden.
Dat verschil is echter klein. Geven mensen met een relatie gemiddeld een 7,8 aan hun geluk, alleenstaanden scoren een 7,5. Er bestaan veel gelukkige singles, terwijl veel partners ongelukkig zijn met hun relatie.
Eén factor is daarbij essentieel. Een mens wordt gelukkig van contact. Een alleenstaande kan dus prima gelukkig zijn, maar moet daarvoor wel de deur uit: vrienden of familie opzoeken voor de nodige menselijke interactie. Natuurlijk verschilt de behoefte aan contact van mens tot mens. Ongeveer 10 procent van de Nederlanders heeft vrijwel geen bindingsdrang.
Singles weten dat hun situatie tijdelijk is. Al kan die periode gerust tien jaar duren, dat maakt de singles niets uit. Ze maken van de nood een deugd. Gemiddeld duurt het echter maar twee jaar voordat een single een nieuwe partner heeft opgepikt.
Tegenwoordig is de kans groter dat mensen uiteindelijk bij de juiste partner terechtkomen. Al hoeft dat dan niet een relatie voor het leven te zijn. We leven langer, we veranderen meer, dus de kans dat je uit elkaar groeit is ook groter.